Locatie Kunst

Locatie:

We hebben de locatie goed bekeken en gekeken wat we er mee konden doen. We hebben de locatie ook op geluid afgetast. Het was een behoorlijk kille en lege ruimte. Voor mijn gevoel was het een heel koude ruimte al zou het warm zijn daarbinnen. Het was ook een ruimte die al een boel herinneringen had. We zijn zeker vanuit de locatie gaan werken. Deirdre had een leuk idee om gewoon dingen te doen. We zijn op het huishoud folie gekomen doordat we de ruimte aan het aftasten waren met verschillende materialen en wilde huishoudfolie van de ene kant naar de andere kant van de ruimte binden. Dat stuk zat vast aan een pijp dicht bij het plafond van het balkon stukje. Dat stuk liet los op het laagste punt en bleef zo mooi hangen op dat moment leek het ons wel mooi om hem helemaal vol te hangen met huishoudfolie slierten. We hebben ook goed naar de vormen in de ruimte gekeken. We vonden het raster van de vloer heel leuk om iets mee te doen. dus gingen we met krijt zakjes op de vloer zetten. De ruimte is niet heel erg getransformeerd vond ik zelf. Het enige verschil wat ik duidelijk zag was de kwetsbaarheid en zachtheid van het huishoudfolie in contrast met de hard en kilheid van de locatie zelf.

Thema:

Het thema komt niet echt voort uit de locatie. We hebben het thema wel bedacht in de locatie. We hebben veel thema’s bedacht maar kwamen er niet helemaal uit met die thema’s het voelde niet goed genoeg. Tot we op het thema “angst” kwamen. Iedereen kon zich er wel in vinden en had wel een angst. We zijn ook merendeel van onze eigen angsten uitgegaan dus er zat zeker iets persoonlijks in onze presentatie. Ik zelf vond dat ons thema goed aanwezig was. Ik weet niet of het goed is overgekomen op het publiek omdat wij er al zo lang mee bezig zijn is het voor ons zo duidelijk dat het juist voor andere weer helemaal niet duidelijk hoeft te zijn.

Middelen:

De gebruikte middelen zijn zeker gevarieerd. We hebben het wel heel erg bij elkaar gehouden. Dat we in 1 hoek huishoudfolie hebben gebruikt en voor krijt. Dat gaf een ordelijk aanzicht. Dat paste goed bij onze presentatie omdat die best wel rustig was. De middelen hadden een enorm grote rol in onze presentatie. We hebben door middel van die middelen onze emotie en boodschap nog duidelijker over proberen te brengen. Het krijt was natuurlijk op een best voor de hand liggende manier gebruikt. Het huishoudfolie was op een heel eigen manier gebruikt. We hadden het in slierten aan het balkon gehangen zodat je een soort bos van huishoudfolie kreeg. De bewegingen die wij maakten waren ook erg belangrijk voor het stuk. We hebben helemaal geen tekst gebruikt. We hebben door middel van onze lichaamstaal het publiek proberen duidelijk te maken wat we bedoelden. Dat was nog best lastig om te doen. ik ben niet zo groots in mijn expressie en als je dan in paniek moet raken is dat nog best pittig om te doen. op zo’n moment krijg je toch wel heel veel waardering voor wat theater doet.

Opbouw:

De spanningsboog. Hij was misschien iets te traag. Waardoor het een beetje sloom werd. We hebben hele rustige bewegingen die op een gegeven moment sneller moesten. Dat sneller ging wel maar miss duurde het rustige deel iets te lang.

Inter/multidisciplinariteit:

We hebben beeldend en theater goed in elkaar gebruikt. Ik vind dat de twee discipline delen elkaar hebben versterkt in ons stuk. We hebben elkaar zoveel mogelijk geholpen met mee te denken in elkaars disciplines. Theater dacht goed met beeldend mee en beeldend goed met theater. We zijn tot een goed interdisciplinair stuk gekomen wat elkaar hard nodig had om de boodschap goed over te laten komen.

Boekje

We hebben voor interfaculteit ook een onderzoek moeten doen naar 2 kunstenaars. 1 van je eigen discipline en de andere van een andere discipline. Ik had gekozen voor de kunstenaars:
- Stan Herd (Land Art)
- Sebastian Foucan (Free Running)

Verslag van de startopdrachten:

1) Startopdracht: Wij hebben voor de eerste startopdracht op 9 november voor een trappenhuis gekozen. Dat trappenhuis zat in de kelder bij theater en dans. We zaten helemaal bovenaan in het trappenhuis. We hebben voor de eerste startopdracht het ijzeren raster aan de buitenkant van het trappenhuis gebruikt en daar witte blaadjes in die vakjes van dat raster geplakt. Zo ontstond er op elk nieuw gezichtspunt een nieuw soort van lichtval en een nieuw soort beeld op de ruiten. Wij hadden gekozen voor de begrippen licht en tijd. Door de blaadjes veranderde met de tijd het licht dat naar binnen kwam. Dat was ons idee hier achter.

2) Vervolg startopdracht: Op 16 november moesten we in het vervolg verder gaan op dezelfde ruimte. We hadden zelf materialen meegenomen en kwamen al snel uit bij de pedaalemmer zakken. We hadden met zijn 3e het idee om er water in te doen en ze op elkaar te stapelen tegen het raam aan. Het publiek stond helemaal boven aan de trap. Marjet liet heel voorzicht water uit een kapotte pedaalemmer zak op de opeen gestapelde zakken gevuld met water druppen waardoor ze naar beneden zouden vallen. We hadden alle 3 een zak over ons hoofd. Ook het publiek moest in het begin een zak over hun hoofd trekken. Dat hoefde niet lang maar gewoon om te zien hoe je zicht vanuit die zak was. Marjet stond op de verhoging bij het raam deirdre zat bij de trap die naar benden ging ik zat onder bij die trap die weer een overgang was naar nog een trap naar beneden. We hadden 3 zakken gevuld met water klaar liggen om door te rollen. Dit gaf een extra grappig effect omdat wij vanuit die zakken niet heel helder zagen. Deirdre rolde de zakken de trap af naar mij toe. Die zakken maakte onder het rollen een heel mooi geluid doordat er water in zat. Als de zak bij mij was scheurde ik de zak in de richting van de volgende trap naar benden open waardoor er water naar benede stroomde. Dat gaf een ontzettend mooi geluid. Dat deden we met alle zakken.